Vierde Statie: Jezus ontmoet zijn bedroefde Moeder
Nauwelijks is Jezus van zijn eerste val opgestaan, of Hij ontmoet zijn heilige Moeder, langs de weg die Hij gaat. Maria kijkt naar Jezus met een onmetelijke liefde, en Jezus kijkt naar zijn Moeder; hun ogen ontmoeten elkaar, en ieders hart stort in het andere zijn eigen smart.
De ziel van Maria is overstroomd met droefheid, de droefheid van Jezus Christus.
Ach! Gij die langs komt: Kijk en zie of er een smart is die gelijk is aan de mijne! (Klaagl. 1, 12). Maar niemand heeft het in de gaten, niemand let erop: alleen Jezus. De profetie van Simeon is in vervulling gegaan: Een zwaard zal uw ziel doorboren. (Lc. 2, 35).
In de duistere eenzaamheid van de Passie biedt Onze Lieve Vrouw haar Zoon een balsem aan van tederheid, van eenheid en getrouwheid: een ja jegens de goddelijke Wil.
Aan de hand van Maria willen jij en ik eveneens Jezus troosten, door altijd en in alles de Wil van zijn Vader, van onze Vader, te aanvaarden.
Slechts op deze wijze zullen wij de zoetheid van het Kruis van Christus kunnen proeven, en wij zullen het omhelzen met de kracht van de Liefde, en het in triomf dragen over alle wegen der aarde.
Gedachten ter overweging
1. Welke mens zou niet huilen als hij de Moeder van Christus zou zien in zo'n wrede marteling!
Haar Zoon is gewond… En wij blijven op een afstand staan, laf, en verzetten ons tegen de Wil van God.
Mijn Moeder en Meesteres! Leer mij een ja uit te spreken, dat, evenals het Uwe, zich volledig vereenzelvigt met de roep van Jezus tot zijn Vader: Non mea voluntas… (Lc. 22, 42): Niet mijn wil geschiede, maar die van God.
2. Hoeveel ellende! Hoeveel beledigingen! Die van mij, die van jou, die van de gehele mensheid…
Et in peccatis concepit me mater mea! (Ps. 50, 7): En in zonden ontving mij mijn moeder. Ik werd, zoals alle mensen, geboren, bevlekt met de schuld van onze eerste ouders. Bovendien zijn er nog mijn persoonlijke zonden: zoveel opstandigheid in gedachten, in verlangens, in daden…
Om ons van deze verdorvenheid te zuiveren heeft Jezus zich willen vernederen door de gestalte van een slaaf aan te nemen (vgl. Fil. 2,7), door vlees te worden in de onbevlekte schoot van Onze Lieve Vrouw, zijn Moeder, jouw Moeder en mijn Moeder. Hij bracht dertig jaar lang door in verborgenheid en werkte zoals velen, naast Jozef. Hij predikte. Hij deed wonderen… En wij zetten het Hem allemaal betaald met een Kruis.
Heb je nog verdere redenen nodig voor je berouw?
3. Jezus verwachtte deze ontmoeting met zijn Moeder. Hoeveel herinneringen uit zijn kinderjaren verbinden hem met haar: Betlehem, het verre Egypte, het stadje Nazaret! Ook nu wil Hij haar naast zich hebben, op de Kalvarieberg.
Wij hebben haar nodig!… In de duisternis van de nacht, wanneer een klein kind bang wordt, schreeuwt het: Mama!
Zo moet ook ik vele malen in mijn binnenste uitroepen: Moeder, Mama, laat mij niet alleen!
4. Om tot volledige overgave te komen, moet er nog een stuk weg afgelegd worden. Mocht je het nog niet hebben bereikt, maak je geen zorgen: volhard in je inspanning. De dag zal komen, dat je geen andere weg meer zult zien dan alleen Hem - Jezus -, zijn allerheiligste Moeder, en de bovennatuurlijke middelen die de Meester ons heeft nagelaten.
5. Indien wij mensen van geloof zijn, zullen wij aan de gebeurtenissen hier op aarde slechts een zeer betrekkelijke waarde toekennen, zoals de heiligen het deden… De Heer en zijn Moeder laten ons niet in de steek, en, iedere keer dat het nodig is, laten zij ons hun aanwezigheid voelen, om het hart van wie hun toebehoren met vrede en zekerheid vullen.
Document afgedrukt van https://escriva.org/nl/via-crucis/4/ (14-10-2024)